Nieuws van Bonaire

Deel 24 Hé zus, jij hebt makkelijk praten

‘Ja, toch?’Patrick Laureij, Rotterdamse comedian die het meest ‘ja, toch’ in zijn shows zegt.

Hé zus, 

Ik moet iets bekennen. Ik vind het moeilijk om het woord ’tòg’ te schrijven als ik een e-mail in het Papiaments typ. Alsof ik een foutje maak.’Toch/tòg’ houdt me bezig. Er zijn namelijk zoveel manieren om toch in te zetten voor een duidelijke communicatie, zowel in het Nederlands als in het Papiaments. Vragend zoals in: ja, toch?, maar ook als bevestiging: ik begin er niet aan, want ik schrijf het woord toch verkeerd. Dan heb ik het nog niet eens over de toch die desondanks betekent: ik doe het als het dan toch moet,  En wat dacht je van deze die schrik of verbazing uitdrukt: meisje toch, hoe kan je dat nou doen! Je moet echt weten in welke context je het woord gebruikt. Ik denk ook ineens aan ‘dushi’. Dat kan ook van alles zijn zoals leuk, lekker, mooi. 

Als ik Engels geef aan beginners heb ik ook zo’n moeite om het woord gezellig in een woord uit te leggen. Ik kan cosy, comfy, sociable noemen, maar het is het allemaal net niet. Waarschijnlijk ook een gevalletje van juiste context. Je kan niet zeggen: ik voel me gezellig, maar wel we gaan gezellig eten. Dus het is altijd met anderen. En als het dan in een of andere mistroostige, afgebladderde keet is dan wordt gezellig ongezellig. Dus sfeer is ook belangrijk.

Ineens dacht ik ook dat er buitenlandse woorden zijn die in het Nederlands niet bestaan. Vanmorgen toen ik even boodschappen ging doen, dacht ik dat ik de huisdeur niet op slot had gedaan. Daar kwam ik in de Bondigro achter. Fronsend mikte ik snel koffie, suiker en melk in het karretje en sjeesde naar huis. Was niks aan de hand. De deur was op slot. Duitsers gebruiken het woord Schlüsselunsicherheit: de angst die je overvalt als je op pad gaat en je afvraagt of je de deur wel op slot hebt gedaan. Mooi woord, toch?  Ga ik gebruiken. ‘Toch’ als in per slot van rekening is leuk om over na te denken. Heeft ‘toch’ een of meerdere gebaren?

Hey zus, 

Oh, wat een heerlijk woord! Schlüsselunsicherheit! En dan mogen we ons hier in de handen knijpen dat we in het Papiaments niet bij elk zelfstandig naamwoord een hoofdletter moeten gebruiken zoals in het Duits. Dat is nog moeilijker dan die fonetische spelling! Ik heb het persoonlijk moeilijk met ferwagt. Ik sprak vandaag een collegatolk die in Uganda woont. Die heeft even een staaltje Lugandees vertelt aan me. Ja het is met een L. Ik vroeg het ook drie keer aan haar of ik het goed had verstaan. De taal heet echt Lugandees. Maar die plakken dus de persoonlijkvoornaamwoorden en de werkwoordsvervoegingen aan elkaar. En als het dan niet uit te spreken is dan maken ze er gewoon iets anders van. Maar het mooiste woord wat ze me leerde was goedemorgen. Dat is wasuze otya nnyabo. En dat betekent letterlijk: Hoe was de nacht, mevrouw? Mooi, he! En dan ben ik geïntrigeerd door dat bo. Dan denk ik, zou er ergens een link zijn met Papiaments? Ik ga het haar de volgende keer even vragen. 

Zo’n woord wat je niet kan vertalen vind ik ook het Franse ‘tiens’. Ik kan er niets anders van maken dan: hiero, of pak an. Dat klinkt toch niet zo elegant als de Fransen, meer een beetje horkig, toch?

Maar even terugkomend op je vraag. Ja, in de gebarentaal heb je maar één gebaar voor ‘toch’. Je kent het liedje deze vuist op deze vuist? Nou voor ‘toch’ doe je dat gewoon één keer. En dat mag lekker hard hoor. Als je een ferme bevestiging wilt hebben met je zin als: de van den Tweel is toch open op Nieuwjaarsdag! Dan zet je die vuist lekker stevig op de andere. (Niet twee keer want dan betekent het ‘werken’). Maar o wee als er een andere betekenis is voor ‘toch’. Dan doe je dat met je mimiek. Want dan is ‘toch’ een beetje een strooiwoord. Gewoon om je zin lekker te versieren met frutselwoorden. Bijvoorbeeld in de zinnen: het is toch niet te geloven dat we nu toch weer verkiezingen krijgen en toch vind ik het wel sympathiek als iedereen zijn snor laat staan  Die ‘toch’ gebaar je niet. Daar komt de mimiek om de hoek kijken. In de eerste zin trek je je hoofd naar achteren, zet je grote ogen op, doe je je mondhoeken wat naar beneden en maak je een enorme onderkin. Ik ben gelukkig gezegend met aardig wat ongewenste aanwas onder mijn kin, dus ik kan een parel van een ‘toch’ op mijn gezicht zetten ! En bij de tweede zin ondervang je ‘toch’ met een vertwijfeling in je mimiek en een klein duikje met je hoofd naar rechts of links. De experts onder ons doen dan ook even heel kort de ogen dicht met opgetrokken wenkbrauwen. 

Kan je nagaan, zus,  hoe lang ik hier mee bezig ben dit uit te leggen, terwijl we dat ene woordje soms niet eens opmerken. Heb jij nog andere opmerkelijke dingen in de taal hier op Bonaire die je graag nog met me wil delen?

Deel dit artikel