Nieuws van Bonaire

Staatssecretaris Van Ark na bezoek aan de BES-eilanden: ‘Ik heb huiswerk te doen’

Minister van Ark - SZW 21-01-2019
Staatssecretaris Van Ark na bezoek aan de BES-eilanden: 'Ik heb huiswerk te doen'
Minister van Ark – SZW 21-01-2019

Staatssecretaris Tamara van Ark (VVD) van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is net terug van een kennismakingsbezoek aan Caribisch Nederland. Zij liet de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van wie bijna de helft onder de armoedegrens leeft achter met de vraag: wat zal zij doen met wat ze gezien en gehoord heeft? Koninkrijksrelaties.Nu ging voor het antwoord langs bij de bewindsvrouw.

Door René Zwart

‘Armoedebestrijding is mijn prioriteit’

Den Haag – ,,Ik was al doordrongen van de ernst van de armoedeproblematiek in Caribisch Nederland, maar na mijn bezoek aan de eilanden ben ik dat nog veel meer. Wat ik gezien heb heeft me aangegrepen”, aldus staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Tamara van Ark. ,,Ik ben situaties tegengekomen die heftiger zijn dan het beeld dat ik vooraf had. Ik heb mensen in een huis zien wonen waarvan ik dacht: dat zou in Europees Nederland waarschijnlijk onbewoonbaar worden verklaard.”

Van Ark had een lastige start. Binnen een half jaar na haar aantreden bezorgde zij de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba een koude douche. Die rekenden erop dat de bewindsvrouw, in de wetenschap dat bijna de helft van de BES-burgers onder de armoedegrens leeft (Rapport Regioplan), zou doen wat haar voorganger had nagelaten: een sociaal minimum vaststellen. De staatssecretaris deed dat echter niet. ,,Nóg niet”, corrigeert ze.

Gaat u, nu u met eigen ogen gezien heeft hoe diep de armoede op de eilanden is, het definiëren van een leefbaar inkomen versnellen?

,,In de discussie over het vaststellen van het sociaal minimum heb ik het ‘nog niet’ beklemtoond. Nu ik er ben geweest schrijf ik het woordje ‘nog’ vet en cursief met een dikke streep eronder, want het is heel erg nodig dat we stappen gaan zetten. Dat is me alleen maar duidelijker geworden door de verhalen die ik van mensen zelf heb gehoord. Onder druk van de Tweede en de Eerste Kamer en de bestuurders op de eilanden heb ik toegezegd deze zomer met een voortgangsrapportage te komen. Eerder kan niet, want we moeten eerst weten wat de effecten zijn van de maatregelen die ik reeds genomen heb.”

Dus geen tempoversnelling?

,,Ik geef prioriteit aan het nemen van concrete maatregelen die leiden tot een verbetering voor de mensen. Ik ga meten of dat inderdaad het geval is. Daarna kan ik een tijdpad opstellen. De mensen hebben er recht op te weten waar ze aan toe zijn. Ik wil ze dat zo snel mogelijk vertellen, maar het is niet alleen een inkomenskwestie. We moeten tegelijkertijd kijken naar de mogelijkheden de kosten van levensonderhoud te verlagen. Dat betekent dat er meerdere partijen aan tafel zitten. Mijn doel is dat het inkomen en de uitgaven in een goede balans komen, zodat men op een normale manier een normaal leven kan leiden.”

Heeft u zelf wel eens in een situatie verkeerd waarin u elk dubbeltje twee keer moest omdraaien?

,,Niet in de mate die ik tijdens mijn bezoek ben tegengekomen of wat ik zie als ik in het Europese deel van het land met mensen praat. Het is op de eilanden veel heftiger.”

Dat heeft u verrast?

,,Ik was mij er al wel heel erg bewust van dat de problematiek groot is, door alle gesprekken die ik hier in Den Haag heb gevoerd met bestuurders van de eilanden die op bezoek zijn geweest en mensen die er maatschappelijk actief zijn, collega’s op het departement en in het kabinet en wat ik zelf gelezen heb. Maar je hebt toch het meest aan de verhalen van de mensen zelf. Armoedebestrijding is echt een prioriteit van mij en daarom heb ik gevraagd om bij mensen thuis op bezoek te mogen gaan. Daar ben ik geconfronteerd met wel heel schrijnende situaties.”

Geschrokken?

,,Niets is zo indringend als in gesprek gaan met mensen die in echte armoede leven. Het maakt nogal uit of ik een nota lees over een voedselbank of er langs ga of naast een schuldhulpverlener aan het loket zit. Om mijn werk goed te kunnen doen kan ik mij niet beperken tot het lezen van stukken, ik moet ook kijken op de plek en met mensen in gesprek gaan. Dat was voor mij de motivatie naar de eilanden te gaan. Wat je met eigen ogen ziet en eigen oren hoort geeft een extra dimensie aan het vraagstuk. Het heeft gezorgd voor verdieping.”

In welk opzicht?

,,Met bestuurders en maatschappelijke organisaties praat je over het sociaal minimum. Maar als je bij mensen thuis komt heb je het daar niet over. Dan vraag je: ‘Hoe gaat het met u?’ Dan krijg je als antwoord dat de energierekening steeds hoger wordt en het water te duur is. Dat de dag voordat de boot met nieuwe voorraden aankomt in de schappen van de supermarkt wat beschimmelde groenten liggen voor heel veel geld. Daardoor krijg ik inzicht in de dagelijkse praktijk.”

Mensen lopen – zeker in de schaamtecultuur van de Cariben – niet graag met hun armoede te koop.

,,Mensen zijn trots op wat ze hebben, dus deed men uiteraard heel erg zijn best om goed over te komen. Ik kon soms zien dat er goed gepoetst was. Het is nogal wat om je huis open te stellen voor een bestuurder die je helemaal niet kent en die zo maar komt aanvliegen. Ik ben niet binnengestapt met een delegatie van 20 man achter me aan. Ik ben begeleid door hulpverleners die al een vertrouwensrelatie hadden opgebouwd. En ik heb uitgelegd waarom het voor mij zo belangrijk is om hun verhaal te horen. Ik heb niet het gevoel gekregen dat men de eigen situatie mooier voorstelde dan die in werkelijkheid is. Ik heb groot respect voor de manier waarop mensen hun dagelijkse strijd voeren om het hoofd maar net boven water te kunnen houden, soms met veel hulp van familie of buren. Dat heeft me zeer aangegrepen. Ik ben ook onder de indruk van de veerkracht die ik heb gezien.”

Maar de mensen zijn het uitblijven van een sociaal minimum wel moe.

,,Per 1 januari is een hele set aan maatregelen genomen, aan andere wordt gewerkt. En dat moet ook, want dat er vanuit dit ministerie sprake is van achterstallig onderhoud is me wel duidelijk geworden.”

Verbaast het u niet dat uw voorganger, nota bene van de PvdA, zo weinig heeft gedaan op dit dossier?

,,Ik vind het lastig daar wat over te zeggen. Je kunt er allerlei verklaringen voor bedenken, maar ik kijk liever naar de toekomst. Ik heb de opdracht van het kabinet iets te ondernemen tegen de armoede op de eilanden. Dat heeft mijn prioriteit, maar ik kan het niet in mijn eentje. Daar zijn ook andere ministeries, de openbare lichamen en de maatschappelijke stakeholders op de eilanden bij nodig, met collega Raymond Knops als coördinator. Het is een gezamenlijke opdracht. Als je een goed samenspel weet te creëren is één plus één opeens drie. De kinderopvang is een goed voorbeeld. Daar zetten we samen stappen met het meerjarenplan Bes(t) for kids. We laten er mee zien wat je voor elkaar kunt krijgen als je met verschillende departementen en de mensen op de eilanden de handen ineen slaat.”

Zitten er nieuwe besluiten in de pijplijn?

,,Bij alles wat ik doe denk ik: wat betekent het voor Caribisch Nederland? Binnenkort heb ik een overleg met de Kamer over het kindgebonden budget. Die regeling bestaat niet in Caribisch Nederland, maar we hebben wel uitgerekend op welk evenredig deel van het budget de eilanden recht zouden hebben. Dat bedrag hebben wij aan de kinderbijslag toegevoegd. En dat we beleidstechnische discussies voeren zoals over het sociaal minimum wil niet zeggen dat ik afwacht. Wat ik nu kan doen, doen we nu.”

U was niet eerder in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Wat is u bijgebleven van de kennismaking?

,,Dat het alle drie prachtige eilanden zijn met een trotse bevolking, maar dat ze ook heel verschillend zijn. Ik ben vooral op zoek gegaan naar de problematiek achter de voordeur, want dat was mijn insteek. We hadden een vol programma en waren er maar kort. Eigenlijk te kort. Maar ik heb wel veel contacten kunnen leggen en telefoonnummers uitgewisseld. Ik heb tegen iedereen gezegd: Ik ben maar one phone call away.”

Wanneer is uw volgende bezoek?

,,Ik wil zeker een keer terug en dan de tijd te nemen om goed rond te kijken en van de eilanden te genieten. Maar eerst heb ik huiswerk te doen.”

Drs. Tamara van Ark is op 11 augustus 1974 geboren in Den Haag. Ze groeide op in het Brabantse Zevenbergen, studeerde aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam en woont in Nieuwerkerk aan den IJssel. Ze heeft twee dochters, houdt van koken, hardlopen en lezen en bezoekt graag rommelmarkten. Voordat Van Ark op 26 oktober 2017 staatssecretaris in het Kabinet Rutte III werd, was ze 7 jaar Tweede Kamerlid. Eerder werkte ze bij de sociale dienst in Rotterdam en was ze wethouder in Nieuwerkerk aan den IJssel.

Deel dit artikel