Nieuws van Bonaire

Column Trix van Bennekom : Het R-woord

Bevolkingsonderzoek

Verkiezingstijd. Op de dag dat Nederland gaat stemmen voor Provinciale Staten, op 20 maart 2019, gaan op Bonaire de stembureaus open voor de verkiezing van een nieuwe eilandsraad. De komende maanden zal duidelijk worden welke partijen mee gaan doen, wie er op de lijst komen en wat de programma’s worden. Bij de vorige verkiezingen was de band met Nederland het belangrijkste thema: van Bonaire als parel in het Koninkrijk tot het voornemen een referendum te houden.

Die volksraadpleging kwam er op 18 december 2015. Niet zonder slag of stoot, een actiegroep sloeg een half jaar haar bivak op bij de bestuurskantoor om een referendum af te dwingen. Een soort Occupy Bonaire. De bevolking kon zich met ja/nee uitspreken over de volgende vraag: ‘Bent u het eens met de invulling die is gegeven aan de directe band met Nederland?’. De bedoeling was dat bij een meerderheid voor ‘nee’ een tweede referendum georganiseerd zou worden waarbij de bevolking van Bonaire, onder toezicht van de Verenigde Naties, haar zelfbeschikkingsrecht kon uitoefenen. Uiteindelijk maakte 62% van het aantal kiesgerechtigden de gang naar het stembureau, 65% vulde het vakje ‘nee’ in. Kort daarna viel het bestuurscollege en het voornemen voor een tweede referendum kwam in de bureaulade terecht. Het heeft weinig zin de geschiedenis op te rakelen, wat wel relevant is, is dat het referendum van 2015 maandenlang zorgde voor ultieme verwarring en extreme polarisatie. Een traumatische periode. Het kostte het eiland maanden om de wonden te likken en de onderlinge verhoudingen te normaliseren. Niet voor herhaling vatbaar.

Maar het R-woord is terug. De MLB van lijstrekker Eric Soleana, die bij de vorige verkiezingen geen zetel wist te halen, heeft aangekondigd dat als het aan zijn partij ligt, er in 2020 een staatkundig referendum komt. Met de uitnodiging aan andere partijen dit voorstel te ondersteunen, zodat de kans op een meerderheid in de eilandsraad toeneemt.

Op Bonaire hangt al langere tijd een sfeer van moedeloosheid en onverschilligheid over de wijze waarop het eiland wordt bestuurd door het bestuurscollege en ‘Den Haag’. Voor alle duidelijkheid, de lokale overheid heeft niet veel te zeggen, de rijksoverheid is veruit de belangrijkste speler. Iedereen roept dat het anders moet, maar er zijn maar weinig concrete ideeën hoe het daadwerkelijk anders zou kunnen. Vooral de afwijzing van het kabinet-Rutte om een sociaal minimum vast te stellen, terwijl bijna de helft van de bevolking onder de armoedegrens leeft, heeft onder alle lagen van de bevolking veel kwaad bloed gezet. De stemming is behoorlijk anti-Nederlands en er is maar weinig nodig om die sentimenten te laten oplaaien.

De bedoeling van een eventueel referendum is dat we kunnen kiezen uit de drie opties die de Verenigde Naties in het kader van de dekolonisatie in 1960 heeft vastgesteld: onafhankelijkheid, integratie binnen of vrije associatie met het moederland. MLB benadrukt dat die opties goed uitgewerkt aan de bevolking zullen worden voorgelegd zodat een afgewogen keuze kan worden gemaakt. Volgens mij gaat het daar mis. Nederland heeft zich namelijk sinds de integratie van Bonaire in 2010 als een bijzondere gemeente binnen Nederland op het standpunt gesteld dat zelfbeschikking maar één keuze kan betekenen: onafhankelijkheid of niet. Andere smaken zijn voor het kabinet niet meer aan de orde.

Bonaire is een klein eiland met 20.000 inwoners, zonder natuurlijke hulpbronnen en ik kan me niet voorstellen dat binnen afzienbare termijn een meerderheid voor onafhankelijkheid is te vinden. Het Nederlandse paspoort is heilig. Dan blijven integratie en vrije associatie over. Maar voor de uitwerking van die opties is overeenstemming met Nederland nodig: integratie kan volgens de internationale regelgeving alleen wanneer de burgers van Bonaire gelijk zijn aan de burgers in Europees Nederland. Volledige integratie dus en niet de huidige halfbakken variant. De realiteit is evenwel dat politiek Den Haag nooit voor volledige integratie te porren is geweest, de inwoners van Bonaire zijn tweederangsburgers. Ook voor vrije associatie is Nederland nodig. Het is een gevaarlijk misverstand te denken dat als de bevolking van Bonaire voor integratie of vrije associatie kiest, Nederland zich daar maar bij heeft neer te leggen. Geen sprake van.

Mijn stelling is dat zonder voorafgaande overeenstemming met Nederland over alle ins en outs van integratie en vrije associatie, het volkomen zinloos is een referendum te organiseren. Ondanks de politieke belofte uitgewerkte opties aan de bevolking voor te leggen, kan dat niet worden waargemaakt. Dan wordt de frustratie onder de bevolking alleen maar groter. Zelfs als Bonaire op enig moment op de VN-lijst van Gebieden zonder Zelfbestuur zou worden geplaatst, wat betekent dat Nederland jaarlijks aan de VN over Bonaire moet rapporteren, is het geen uitgemaakte zaak dat Bonaire en Nederland overeenstemming bereiken over de staatkundige toekomst. Als Den Haag halsstarrig blijft volharden dat het enige alternatief onafhankelijkheid is, wordt het heel lastig om volledige integratie of vrije associatie te verwezenlijken.

De reden waarom het R-woord steeds opnieuw opduikt, is dat de bevolking van Bonaire, tegen de internationale regels in, nooit in een volksraadpleging heeft gekozen voor de status van wat officieel ‘openbaar lichaam’ heet. In het staatkundig referendum van 2004 koos de meerderheid van de kiesgerechtigden voor ‘directe banden’. Vooraf werd expliciet gezegd dat die banden in ieder geval geen integratie binnen Nederland inhielden, in een samenleving met een koloniaal verleden is dat een uitermate gevoelig punt. Dat werd het dus wel, zonder dat de bevolking zich over deze ingrijpende stap in een referendum kon uitspreken. De ongemakkelijke waarheid is dat Bonaire het Nederlandse staatsbestel is ‘in gerommeld’ en dat die handelwijze tot de dag van vandaag zijn sporen nalaat. Het zwaard van Damocles.

Hoe moet het dan verder?

Uiteindelijk draait het allemaal om autonomie. Het verlangen dat breed op Bonaire leeft om meer te zeggen te hebben over het eigen eiland. Niet anders overigens dan in Nederland waar eveneens  ongenoegen leeft over de invloed van ‘Europa’. Nederlanders willen minder bemoeizucht vanuit Brussel, op Bonaire wil men minder betutteling vanuit Den Haag.

Het is evident dat de staatkundige constructie waarbij het kleine, verre Bonaire grotendeels (85%) wordt bestuurd door de rijksoverheid, geen geslaagd model is. Tegelijkertijd ben ik ook nuchter en pragmatisch en kan ik me flink ergeren aan al dat gepraat over autonomie. Het eilandsbestuur hobbelt sinds 2010 van crisis naar crisis en de visie en daadkracht ontbreken om de grote problemen op het eiland, zoals de armoede, aan te pakken. Hoezo meer autonomie?

Ik heb geen enkele politieke ambitie, maar denk wel vaak na over wat er allemaal op Bonaire gebeurt, het eiland gaat me zeer ter harte. Bij deze enkele suggesties.

In plaats van in te zetten op een volksraadpleging zou ik het anders aanpakken. Vergeet een staatkundig referendum, de bevolking kan haar zelfbeschikkingsrecht maar één keer uitoefenen. Een kostbaar goed. Laat die fundamentele keuze over aan een volgende generatie.

In de tweede plaats: doe wat! En dat geldt voor zowel de eilandelijke als de rijksoverheid. Bonaire heeft de afgelopen acht jaar grote sprongen gemaakt op bijvoorbeeld het terrein van onderwijs en gezondheidszorg, maar de armoede en de verschillen tussen arm en rijk zijn groter geworden, het  wegennet is abominabel slecht. Maak een Marshall-plan en pak de achterstanden de komende jaren planmatig aan. En ga de discussie met de bevolking aan wat voor eiland Bonaire zou moeten zijn en hoe dat te bereiken, laten we werken aan gedeelde visie op de toekomst.

Tenslotte, de autonomie. In mijn optiek kan ook zonder een referendum worden ingezet op meer autonomie. Daar heb je twee partijen voor nodig: Nederland moet meer autonomie willen geven en het eilandsbestuur moet laten zien dat het in staat is meer taken en verantwoordelijkheden aan te kunnen. Dat kan door het eiland effectief, efficiënt en transparant te besturen en bij beslissingen het algemeen belang te laten prevaleren. Organiseer checks and balances, die ontbreken nu.

Een dergelijke wijze van besturen vergt een enorme omslag en zal niet van het ene op het andere moment worden gerealiseerd. Misschien duurt het een jaar of tien, maar ook daar kan planmatig aan worden gewerkt. Bonaire en Nederland zouden daar samen afspraken over moeten maken, niet als zoethoudertje maar omdat ook Nederland  inziet dat het belangrijk is voor de ontwikkeling van Bonaire niet op de oude voet door te gaan, maar tegemoet te komen aan het verlangen naar meer autonomie.

Trix van Bennekom schreef: Abraham, kroniek van een politieke dynastie en De tragiek van Bonaire, Nederlands onvermogen op een eiland waar niets is wat het lijkt. Beide boeken zijn op Bonaire te koop zijn bij Addo’s Bookstore, op Curacao bij Mensings Caminada en Bruna en in Nederland bij iedere boekhandel of online te bestellen.

Deel dit artikel