Geen categorie

Vijfde verhaal van de schrijfclub

 

schrijfclub

Poepgaatje

Ik kijk naar het poepgaatje van mijn hond Charlie als die zich aan een bot verschanst. Het poepgaatje spant en ontspant, trekt terug en rukt uit, vol overgave. Als een op zichzelf staand leven in blakende gezondheid, een ster aan de hemel in volle wasdom die keihard gaat voor zijn stralende bestemming. Wat een levenslust. “Ik weet niet precies wat ik aan het doen ben, maar het is fucking lekker”, hijgt het poepgaatje en het schommelt glorieus door op de muziek van de hond. Ik wist niet dat je van een poepgaatje kon houden.

Ik zou het bijna aan willen raken, maar poepgaatjes moet je met rust laten. Ze schrikken als je te dichtbij komt. Misschien zou het zijn angsten kunnen overwinnen met cognitieve gedragstherapie: steeds een klein beetje van de angst in de ogen kijken, vertrouwen krijgen in de dreigende, dichterbij komende vinger die inderdaad tot vreselijke dingen in staat is maar die nu heus niet gaat uitvoeren, want het is de vinger van het vrouwtje en het vrouwtje houdt van de hond en dus ook van het poepgaatje. Het vrouwtje wil alleen het beste voor het poepgaatje. Gelooft het poepgaatje dit? Nee. Ergens weet het poepertje dat het vrouwtje niet te vertrouwen is. Zoals die keer dat Charlie de restjes hete spareribs mocht opeten, en het poepgaatje een dag lang ongenadig in de fik had gestaan. Intuïtief had het aangevoeld dat die ribbetjes geen goed idee waren, maar wat weten poepgaatjes nou helemaal op de schaal der dingen? “Het is vast weer mijn angststoornis”, had het gedacht en was een dutje gaan doen, veilig weggedoken in de donzige heuvels van Charlies derrière. De hete oorlog die hem vervolgens omver blies, kraste onherstelbaar diep in zijn ziel, hoe hard Charlie ook likte en hoe dankbaar het poepgaatje hem daar ook voor was. Nooit meer zou hij nog ongeremd van het leven kunnen genieten.

Hoewel.

Ik zie hier nu geen poepgaatje met een trauma, op deze zachte zondag in september. Ik zie een poepgaatje dat onbeteugeld door het leven galoppeert, in perfecte balans met zijn paard de hond, samen één op de golven van een natural high. Ik zie wat mij nooit is gelukt, wat ik mijn ganse leven al najaag, overal heb gezocht maar niet vond, en wat nu voor mijn ogen door een miezerig poepgaatje gladjes wordt binnengeslingerd. Over de rug van mijn Charlie. En ik dan? Net genoot ik nog van de schoonheid van de natuur, op het perfecte kontje van mijn hondje, misschien ook wel een natural high als je niet te veel eisen stelt, en nu?

Nu ga ik lekker hete spareribs halen.

 

Luisa Maria van Lieshout

Facebook: https://www.facebook.com/luisamariavanlieshout/

Deel dit artikel