Economie

Bonairiaanse kortetermijnverhuurders overwegen hoger beroep

KRALENDIJK – Michiel van den Brink, de advocaat die de belangen behartigt van vijf verhuurders op Bonaire, liet desgevraagd weten dat zijn cliënten een hoger beroep overwegen na de recente rechtszaak over kortetermijnverhuur. “Mijn cliënten overwegen inderdaad een hoger beroep,” zegt Van den Brink. “Er zijn een paar punten in de uitspraak waarvan wij denken dat een rechter in hoger beroep daar wel anders over zou kunnen denken.”

In de uitspraak van december 2024 heeft het gerecht het beroep van cliënten van Van den Brink tegen de afwijzing van een door hen ingediend vrijstellingsverzoek gegrond verklaard, maar de gevolgen van de afwijzing van het vrijstellingsverzoek in stand gelaten. In vier van de vijf zaken is ook de aan de verhuurders opgelegde last onder dwangsom in stand gelaten. In één geval is de last onder dwangsom door het gerecht vernietigd. 

Van den Brink legt uit dat het Bestuurscollege de vrijstellingsverzoeken die door enkele van zijn cliënten zijn ingediend, aan de hand van een onjuiste maatstaf heeft beoordeeld. Het Bestuurscollege had voor die vrijstellingsverzoeken een soepeler maatstaf moeten aanleggen dan het nu heeft gedaan. Het gerecht heeft dit standpunt van de verhuurders echter niet gevolgd, volgens Van den Brink op basis van een onjuiste uitleg van het ROB door het gerecht.

Een ander punt betreft de vraag of het gebruik van woningen als vakantiewoning vóór 10-10-10 onder het overgangsrecht valt. “Als het geen overgangsrecht is, dan is het aan het Bestuurscollege om te bewijzen dat een woning in 2010 als woning werd gebruikt,” legt Van den Brink uit. Het is dan niet aan de eigenaar om te bewijzen dat een woning in 2010 al verblijfsrecreatief werd verhuurd.

Het gerecht heeft in de uitspraak van december 2024 beslist dat er wel sprake zou zijn van overgangsrecht. Dat oordeel kan volgens Van den Brink geen standhouden. Indien de rechter in hoger beroep meegaat in de redenering van Van den Brink, zou het aan het Bestuurscollege zijn om te bewijzen dat woningen in 2010 niet als vakantiewoning werden verhuurd, voordat het Bestuurscollege kan handhaven. Dit zou de handhaving aanzienlijk bemoeilijken.

Het hoger beroep moet uiterlijk 30 januari 2025 worden ingesteld. Na indiening van het hogerberoepschrift, kan het Bestuurscollege een verweerschrift indienen en volgt er een mondelinge behandeling door de rechter in hoger beroep, waarna er een uitspraak volgt.

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte van al het nieuws op Bonaire! Ontvang elke middag het belangrijkste eilandnieuws in je inbox. Meld je nu aan voor onze gratis nieuwsbrief.




Rocargo

Rocargo