Nieuws van Bonaire

Overblijfselen van negen inheemse inwoners gerepatrieerd naar Sint-Eustatius

De personen betrokken bij het repatriëringsproject. Foto: Openbaar Lichaam St. Eustatius.

ORANJESTAD – De overblijfselen van negen inheemse personen die na een archeologische opgraving meer dan 30 jaar geleden naar Nederland zijn verscheept, zijn gerepatrieerd naar het eiland Sint-Eustatius.

De botfragmenten, samen met andere artefacten, werden opgegraven tijdens de opgraving van 1984-1989 op de F.D Roosevelt Airport door archeoloog Aad Versteeg als onderdeel van een onderzoeksproject van het Archeologisch Centrum van de Rijksuniversiteit Leiden in Nederland en het Archeologisch-Antropologisch Instituut van de Nederlandse Antillen op Curaçao. Het project onderzocht verschillende archeologische vindplaatsen op de Bovenwindse eilanden van de Nederlandse Antillen, met name op Saba en Sint-Eustatius, om inzicht te krijgen in de manier van leven en organisatiepatronen van de inheemse bewoners van de eilanden in de precolumbiaanse periode.

Rocargo

Bijna al het opgegraven materiaal, inclusief artefacten die dateren uit de vijfde eeuw, werd naar Nederland verscheept. De onderzoeksresultaten zijn in 1992 gepubliceerd in de publicatie “The Archaeology of Sint-Eustatius. De Gouden Rots.”

Overleg

Nu, na een proces van bijna een jaar, met onder meer overleg tussen de autoriteiten op Sint-Eustatius en Nederland, zijn de stoffelijke resten terug op het eiland. De Uitvoeringscommissie Cultureel Erfgoed op Sint-Eustatius gaat bewoners raadplegen over begraven, zegt Nasha Radjouki, programmamanager cultuur bij de Rijksoverheid op Statia.

“Het is absoluut noodzakelijk dat we de Statiaanse gemeenschap betrekken bij het nadenken over hoe en waar we deze menselijke resten op een respectvolle manier kunnen herbegraven”, benadrukte Radjouki. “De Statiaanse gemeenschap moet weten dat er meer in hun geschiedenis zit dan alleen wat er is geschreven, en betrokken worden bij het nieuwe verhaal.”

Rocargo
Deel dit artikel