Premier Rhuggenaath en minister Martina tijdens de persconferentie | Foto Regering Curacao

Door René Zwart©

Willemstad – De regering van Curaçao garandeert dat er voldoende brandstof beschikbaar blijft. Die verzekering gaven minister-president Eugene Rhuggenaath en minister van Economische Ontwikkeling Steven Martina vandaag tijdens een persconferentie. Aanleiding voor de ingelaste persconferentie was de onrust die ontstaan is over de beslaglegging door het Amerikaanse bedrijf ConocoPhillips op bezittingen van het Venezolaanse staatsoliebedrijf PdVSA op Curaçao, Bonaire en Sint Eustatius waaronder de op de eilanden opgeslagen voorraden olie.

ConocoPhillips tracht op die manier 2 miljard dollar los te krijgen van de Venezolaanse autoriteiten als compensatie voor een gedwongen nationalisatie in 2007. PdVSA besloot enkele dagen geleden geen olie meer naar de Isla-raffinaderij te transporteren. Dat nieuws leidde tot ongerustheid onder de bevolking over de continuïteit van de energievoorziening.

De regering zegt voorbereid te zijn op een onderbreking van de toevoer van olie uit Venezuela. Er zijn voorlopig voldoende reserves. Bovendien zijn met bedrijven in andere landen afspraken gemaakt over noodleveranties. Rhuggenaath en Martina garanderen de beschikbaarheid van onder meer benzine, diesel, gas en kerosine, zo benadrukten zij tegenover de lokale media. Brandstofleverancier Curoil zal ook Bonaire van brandstof voorzien. Op het buureiland heeft het energiebedrijf een voorraad olie waarmee ongeveer nog een week energie kan worden geproduceerd.

Het Nederlandse ministerie van Economische Zaken en Klimaat volgt de situatie en staat de eilanden bij in het zoeken naar tijdelijke oplossingen.