Bonaire

BC aan Ollongren: “Bevolking raakte met transitie officiële feestdag kwijt”

In haar brief aan minister Kasha Ollongren stelt het BC dat er sprake lijkt van een misverstand over het verzoek om Dia di Rincon een officiële feestdag te maken.
Kasha Ollongren

In haar brief aan minister Kasha Ollongren stelt het BC dat er sprake lijkt van een misverstand over het verzoek om Dia di Rincon een officiële feestdag te maken.

Door Harald Linkels

Kralendijk- In een brief aan de minister van Binnenlandse Zaken, Kasha Ollongren, zegt het bestuurscollege van het Openbaar Lichaam Bonaire dat er sprake lijkt van een misverstand als het gaat om de wens 30 april (Dia di Rincon) te verklaren tot een officiële feestdag.

Het kabinet gaf het BC al vaker nul op het request als het ging om het verheffen van 30 april tot een officiële vrije dag. Het BC wijst er in haar brief aan de minister op, dat de bevolking in het proces van de transitie een officiële vrije dag heeft ingeleverd. Het Kabinet aan de andere kant stelt niet tegen het plan te zijn, maar verwacht dat het BC overleg pleegt met de sociale partners, waaronder de werkgevers in de particuliere sector en wijst er bovendien op dat er voor het verheffen van Dia di Rincon to officiële feestdag, een andere feestdag zal moeten worden ingeleverd. Ten onrechte, zo meent het BC.

“Bij Landsverordening van de 27ste juli 2000 (Arbeidsregeling 2000 (P.B. 2000, no. 67)) werd in artikel 23, eerste lid, ender J, 21 oktober aangewezen als een feestdag, zijnde Antillendag”, aldus de brief van het BC aan Ollongren.

Het BC legt in haar brief verder uit dat bij Landsverordening van de 3de juni 2008, houdende de invoering van een Koninkrijksdag als feestdag voor de Nederlandse Antillen (P.B. 2008, no. 50) de Arbeidsregeling 2000 (P.B. 2000, no. 67) als volgt werd gewijzigd: “In artikel 23, eerste lid, ender J, werd de datum 21 oktober (“Dia di Antia”) vervangen door: de datum 15 december als zijnde “Koninkrijksdag, dan wel Dia di Reino, dan wel Kingdom Day”. Vanaf 2008 werd op 15 december Koninkrijksdag gevierd en was deze dag een officiële feestdag”, zo schrijft het bestuurscollege.

“Bij Wet van 17 mei 2010 tot aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam binnen Nederland (Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba) werd in artikel 11.17, onderdeel G de Arbeidswet 2000 op meerdere punten gewijzigd: een der wijzigingen hield in dat onderdeel J van artikel 23, kwam te vervallen. In de toelichting op deze wijziging wordt aangegeven dat met het vervallen van artikel 23, onderdeel J van de Arbeidswet 2000, Antillendag, 21 oktober als feestdag is vervallen. Zoals blijkt uit toegestuurde bijlagen (1 en 2, Red.) was ten tijde van de inwerkingtreding van voornoemde aanpassingswet artikel 23, onderdeel J Koninkrijksdag (15 december dus) tot feestdag verklaard en geen Antillendag (21 oktober)” vervolgt de uitleg in de brief aan Ollongren.

Het BC concludeert dat het “overduidelijk is dat de bewoners van de BES-eilanden door een samenloop van omstandigheden onterecht een officiële vrije dag is ontnomen”, zonder dat zij hiervoor zijn gecompenseerd.

Het BC zegt het dan ook niet meer dan redelijk te vinden als de bevolking wordt gecompenseerd met een nieuwe officiële feestdag en wel op de 30ste april.

Door Bonaire.Nu geconsulteerde deskundigen onderschrijven het verhaal van het bestuurscollege en wijzen er op dat er, voor 10/10/10 sprake was van 1 officiële vrije dag méér per jaar, dan dat na 10/10/10 het geval is. In die zin zou er, in tegenstelling tot wat de Nederlandse regering steeds heeft gesteld geen sprake zijn van het invoeren van een extra vrije dag, maar zou de bevolking juist, vanaf 10/10/10 één officiële vrije dag minder hebben (gehad), dan ten tijde van het Land Nederlandse Antillen het geval was.

Deel dit artikel

Rocargo

Rocargo

Rocargo