KRALENDIJK – Het Bestuurscollege van Bonaire heeft de Eilandsraad recent, via een zogenaamde Raadsinformatiebrief (RIB), op de hoogte gesteld over zorgen rondom de toekomstige brandstofvoorziening op het eiland. 

Met name een overeenkomst uit 2021 tussen Bonaire en de Nederlandse Staat, ondertekend door verschillende staatssecretarissen en toenmalig gezaghebber Edison Rijna, roept bij het bestuurscollege de nodige vragen op. Het Bestuurscollege betwijfelt namelijk dat de ondertekening wel de formele goedkeuring droeg van Bonaire. 

Concreet vreest het bestuurscollege dat alle beslissingsbevoegdheid bij Nederland komt te liggen en bijvoorbeeld Oil Trading Bonaire, een vennootschap van het Openbaar Lichaam, geheel buiten spel komt te staan. 

Volgens het bestuurscollege wordt er nu gewerkt aan nieuwe afspraken waarbij Bonaire controle behoudt over de lokale brandstofvoorziening, met specifieke eisen om monopolieposities van niet-lokale partijen te vermijden. De aanbesteding voor een nieuwe brandstofopslag is inmiddels gestart, met de nadruk op lokale betrokkenheid en uitvoering.

Milieu Effect Rapportage

De mogelijke nietigheid van eerdere overeenkomsten is overigens, maar een van de beren op de weg als het gaat om een nieuwe opslagterminal. Zo stellen diverse partijen op het eiland vragen over een al dan niet uitgevoerde Milieu Effect Rapportage (MER).

Daarnaast vrezen bewoners van woonwijken ten zuiden van de luchthaven dat zij binnenkort een opslagfaciliteit van brandstoffen in hun achtertuin kunnen verwachten. Ondertussen is het bedrijf Bonaire Bon Transition (BBT) gestart met een aanbestedingsprocedure voor de nieuw te bouwen terminal. 

Vervoer over de weg

Ook het bestuurscollege ziet beren op de weg. De aanvoer en opslag van brandstof nabij het vliegveld zal een enorme transportoperatie met zich meebrengen om die brandstof af te leveren bij de Contour Global elektriciteitscentrale, die vlak bij het terrein van de Bopec ligt, met alle risico’s en gevolgen van dien. 

Daarnaast merkt het BC op dat er tot zover niet wordt gesproken over de aanlevering van kookgas, wat volgens haar ook bij toekomstige voorzieningen moet worden betrokken.