Analyse: Journalist op de Caribische eilanden ben je niet voor je lol
De Curaçaose Amigoe pakte deze week groot uit met het nieuws dat journalist René Zwart van Koninkrijksrelaties.nu en Harald Linkels van de BES-Reporter ook andere inkomsten genereren dan puur uit hun journalistieke werk. Inkomsten van de Bonairiaanse overheid, die de schijn van belangenverstrengeling wekken. Het Antilliaans Dagblad volgde snel met soortgelijke berichtgeving, maar in de Papiamentstalige media bleef het – voor zover ik kan overzien – vooralsnog stil.
Het is goed dat wij als journalisten scherp blijven – zeker op elkaar – en de uitdagingen, maar ook de valkuilen signaleren, bespreekbaar maken en met het publiek delen. Maar dan moet je wel goede research doen en op basis van je bevindingen hoor en wederhoor toepassen.
De journalisten Wim Romeijn en Robert Pastoor van de middagkrant Amigoe laten dat na. De hoofdredactie grijpt niet in.
Wat in Nederland een doodzonde is, behoeft in onze eilandelijke zetting enige nuancering. Daarmee valt niet alles goed te praten in deze zaak, maar het draagt wel bij aan het begrip voor de situatie van journalisten op de Caribische eilanden. Want hier journalist zijn, ben je niet voor je lol.
Context
Redactionele onafhankelijkheid is op de eilanden niet expliciet wettelijk gegarandeerd, en in de praktijk staat redactionele onafhankelijkheid onder druk omdat commerciële, politieke en andere belangen media-inhoud proberen te beïnvloeden.
Volgens het mediarapport van Unesco over het Curaçaose medialandschap, doen zij dit vaak in een gezamenlijke inspanning met media-eigenaren, die proberen hun eigen commerciële belangen te beschermen, en met mediamedewerkers (de journalisten), die proberen rond te komen en hun baan te beschermen.
Beloning
De beloning van mediawerkers op Bonaire en ook de andere eilanden is niet geregeld bij CAO, maar gedicteerd door media-eigenaren. Publieke omroep bestaat niet.
Toen ik in 2008 op Curaçao bij radio Hoyer kwam werken, kreeg ik een zes (!) daagse werkweek voor mijn neus geschoteld voor een netto salaris van 2250 gulden en 250 gulden autovergoeding, zeg maar: 1200 euro per maand.
Transparency International (TI) heeft in haar rapport van 2013 aangegeven dat de lage salarissen een van de belangrijkste zwakke punten is van de media op Curaçao. De organisatie wees erop dat als gevolg daarvan journalisten vaak meer dan een baan hebben om voldoende inkomen te genereren. Op de andere eilanden is dat niet anders.
Gemiddeld verdienen journalisten 3500 gulden (1750 euro), zo heeft TI berekend. 57 procent van de mediawerkers werken voor meer dan één werkgever. Van journalisten die meer dan één werkgever hebben, werkt 38,50% ook voor een werkgever buiten het journalistieke veld.
Online-journalistiek
Wie online-journalistiek bedrijft, moet uitgaan van zero salaris. Het publiek op de eilanden is in principe niet of nauwelijks bereid om te betalen voor online-nieuws. Zo kan ik schrijven voor Curaçao.nu (en andere lokale media) en doe dat vrijwel voor niets, omdat ik fatsoenlijk betaald word door de NOS, Trouw, Associated Press en Wallstreet Journal.
In onze tak van sport – op de Caribische eilanden – zeggen wij vaak dat overleven als onafhankelijk mediawerker alleen maar kan als je euro’s of dollars verdient. Met andere woorden als je buitenlandse broodheren dient. Lokaal is de spoeling te dun: 29 radiostations, vier TV stations en zes kranten voor een eiland met bijna net zoveel inwoners als Amersfoort, ongeveer 160.000 inwoners.
Beschuldiging
Dit alles doet niet af aan het feit dat belangenverstrengeling of de perceptie daarvan een continue zorg is en moet zijn in de media. Zowel Linkels als Zwart hebben zich dat wellicht onvoldoende gerealiseerd, hoewel beiden nooit een geheim maakten van hun nevenactiviteiten.
Op Curaçao, maar ook op Bonaire zijn banden met andere opdrachtgevers meestal voor iedereen bekend en dat geldt ook voor beide journalisten. Wellicht niet voor de nieuwkomers bij Amigoe, de Nederlandse journalisten Wim Romeijn en Robert Pastoor. Zij zijn sinds kort op Bonaire en lijken met hun ‘onthulling’ over Zwart en Linkels de Nederlandse bril moeilijk af te kunnen zetten.
Zwart & Linkels
Harald Linkels runt een adviesbureau en is bestuursvoorzitter van het Pensioenfonds Caribisch Nederland. In zijn vrije tijd schrijft hij voor de Engelstalige online BES-reporter.com en Bonaire.nu. Hij noemt zichzelf geen journalist, maar is dat uiteraard wel. Zolang het geen beschermd beroep is, heb je daar namelijk niet zoveel tegen in te brengen.
Zwart is een echte journalist. Hij runt de in Den Haag populaire website Koninkrijksrelaties.nu, maar doet dat vanuit zijn adviesbureau ADCCaribbean, dat ook redactionele diensten levert aan eilandelijke overheden. Dat staat op zijn website, dus een echt groot geheim is het niet.
Vanuit journalistiek oogpunt een lastig huwelijk. Toch pleit ik voor enige coulance in de Caribische zetting, er zou anders helemaal geen pers meer zijn..
Advertorial
Overigens blijkt dat een van de twee Nederlandse journalisten, Wim Romeijn, snel integreert. Hij schreef een paginagrote advertorial voor overheidsbedrijf Curoil. In het Nederlands en voor het Antilliaans Dagblad, met als vermelding: van onze verslaggever.
Tja, niets menselijks is ons vreemd…