Jopie Abraham: Een goed mens is niet meer
Het ging al lange tijd niet lekker met Jopie, die in toenemende mate last had van ernstig longemfyseem, hetgeen ademhalen steeds moeilijker maakte. De laatste jaren was hij dan ook nauwelijks nog in staat zijn huis te verlaten en had hij steeds meer zuurstof nodig.
Toen ik dinsdagochtend, zoals wij wel vaker over en weer deden, een nieuwslink aan hem stuurde reageerde hij met te zeggen dat hij zijn kinderen en naaste familie had gevraagd afscheid te komen nemen. “Hoelang het nog gaat duren weet ik niet”, schreef hij letterlijk. Daar stond ik toch wel even van te kijken. Dat het echter allemaal zo snel zou gaan, had ik ook na het lezen van zijn bericht nog niet kunnen bevroeden.
Toch was Jopie er de man beslist niet naar om te klagen over zijn eigen situatie. Hij vertelde dan wel eens dat hij zuurstof nodig had of dat zijn longen verder achteruitgingen door die vermaledijde COPD, maar meer als feitenrelaas, dan als klaagzang.
Bijzonder aan Jopie -ook in zijn nadagen- was, dat zijn geest onverminderd scherp was. Hij volgde alles en iedereen. Hij kon daar ook heerlijk ongenuanceerd zijn mening over geven. Of het nou ging over het zittende bestuurscollege, de ‘eigen’ partij, of zoon Clark die als huidig partijleider zaken anders aanpakte dan hij zou hebben gedaan, maakte eigenlijk niet uit.
Wat mij bij zal blijven aan Jopie is enerzijds zijn pragmatiek en anderzijds zijn oprechte interesse in de medemens. Hij had, zonder meer, het hart op de juiste plaats. Pragmatisch toonde hij zich op verschillende, beslissende momenten in zijn politieke carrière. Zoals toen hij een overeenkomst tekende met het Van der Valk Concern om het mislukte Parker Project toch nog operationeel te krijgen. Of toen hij, samen met de Bonairiaanse delegatie na onderhandelingen in Den Haag over de ontmanteling van de Nederlandse Antillen, zijn handtekening zette onder het zogenaamde ‘slotakkoord’.
Jopie was zelf trouwens niet onverdeeld gelukkig met de uitkomsten van dat slotakkoord. Hij geloofde dan wel dat de belangen van Bonaire uiteindelijk beter gediend waren door een directe band met Nederland, maar was niet blij met de praktische uitwerking. Zo bleef hij altijd wijzen op het feit dat nadrukkelijk was overeengekomen dat Nederland de verantwoordelijkheid op zich zou nemen voor het op peil brengen van de deplorabele infrastructuur op het eiland. Iets wat Nederland, in zijn ogen, nooit na wilde komen. Ook zag hij met lede ogen aan dat het eiland steeds ‘Nederlandser’ werd.
Niet dat hij persoonlijk wat tegen Nederlanders had, overigens. Dat was het mooie van Jopie: hij kon in algemene zin foeteren op de Nederlanders en tegelijkertijd verschillende Nederlanders rekenen tot zijn persoonlijke vriendenkring. Zo ook kon hij tekeergaan over een bestuurscollege maar individuele leden daarin toch coachen of adviseren.
Jopie Abraham was een authentiek en een goed mens. Niet dat hij nooit fouten maakte. Integendeel. Vooral in zijn jongere jaren was Jopie nog wel eens rusteloos en soms zelfs roekeloos. Het aantal echtgenotes dat hij ‘versleet’ is daar een goed voorbeeld van. Toch was hij voor al zijn kinderen een goede, warme en belangstellende vader. Wie bij Jopie langsging zag daar altijd wel het een of andere (klein)kind. “Ken je deze ook?”, kon hij vragen met een ietwat ondeugende blik in zijn ogen. Dat werd dan gevolgd door een uitgebreide uitleg van welke moeder dit betreffende kind of kleinkind was.
Jopie veranderde behoorlijk toen hij zijn (toen nog) toekomstige echtgenote Rianne tegenkwam. Of misschien was hij tegen die tijd wel al zijn wilde haren kwijt. Hij bleef sindsdien steeds meer thuis en was erg gericht op het gezinsleven met Rianne en jongste zoon Dante. Toch kon hij tot op het laatst nog lachen om een schuine mop of een dubbelzinnige opmerking, die hij dan deelde op Facebook of in Whatsapp. Hij kwam, ook als dik 70-jarige, nog altijd bijzonder jongensachtig over.
Het politieke bloed kroop ook nog steeds waar het niet gaan kon: Al jaren na zijn vertrek uit de actieve politiek bleven zijn handen jeuken. “Ik zou nog wel eens mee willen doen aan de verkiezingen, maar laat Rianne dat niet horen!”, zei hij dan op een ietwat samenzweerderige toon.
Als één van de weinige politici op het eiland met zo’n lange staat van dienst, was Jopie nooit en te nimmer uit op persoonlijk voordeel. Hij verzamelde en verkocht geen aantrekkelijke erfpachtterreinen, bouwde geen ‘eigen’ shopping mall en werd nooit onderzocht wegens een vermoeden van fraude. Een unicum op onze eilanden. Eigenwijs was hij vaak wel. Hij wilde zaken op zíjn manier doen en liet zich daar niet snel van afbrengen. Opvallend genoeg werd hij wel jarenlang door de AIVD ‘gevolgd’, alsof hij van allerlei rare dingen in zijn schild voerde. Zijn openlijke bewondering voor meer socialistisch gedachtengoed en regionale socialistische leiders, waren daar wellicht debet aan.
Jopie was de eeuwige politieke tegenspeler van de ‘groene’ UPB partij, die hij van geldzucht betichtte en van het verkopen van de belangen van het eiland. Dat deed hij zowel toen de UPB nog werd geleid door Rudy Ellis, nota bene zijn eigen zwager, als later zijn eeuwige politieke tegenstander Ramoncito Booi.
Velen vonden Jopie sterker in een oppositierol dan als leider van een coalitie. Jopie kon ook de ‘eigen’ bestuurders genadeloos het vuur aan de schenen leggen. Dat leidde wel eens tot wanhoop bij bijvoorbeeld de gedeputeerden van PDB-signatuur. “Tegen wie voert hij nu eigenlijk oppositie?”, vroegen ze dan vertwijfeld. Maar als Jopie iets niet ‘okay’ vond, maakte het hem niet uit wie het betrof. Je zou het horen.
Bijzonder is ook dat Jopie Abraham dertig jaar geleden al dingen riep die nu nog net zo actueel zijn, bijvoorbeeld over de ongebreidelde ontwikkeling van het eiland, of het weggeven van stukken terrein die voor natuurbehoud of voor de bevolking van grote waarde zijn.
Johan Evert Abraham. Een bijzonder mens was het. We zullen hem, met zijn allen, bijzonder missen.
Auteur Trix van Bennekom schreef over de familie Abraham een interessant boek met talloze details over onder meer Jopie Abraham en zijn familie, genaamd ‘Abraham, Kroniek van een politieke dynastie’. Het boek is online te bestellen via onder meer www.vandorp.net.