Door Harald Linkels

Maatschapplijk werkster Edwina Molina laat zich regelmatig horen op sociale- en andere media als het gaat om de ontwikkelingen op Bonaire. Op Facebook mengt zij zich regelmatig in discussies, zoals die naar aanleiding van de columns van Trix Van Bennekom en haar visie om van Bonaire een ‘modeleiland’ te maken. Alle reden voor Bonaire.nu om het gesprek met Molina nader aan te gaan.

Het grootste kritiekpunt volgens Molina, als het gaat om de door Van Bennekom gelanceerde voorstellen, is het feit dat er geen rekening wordt gehouden met de gevoelens van een grote, zo niet dé grootste groep Bonairianen. “5040 kiezers hebben bij het laatste referendum kenbaar gemaakt voorstanders te zijn van méér autonomie voor Bonaire en niet voor minder. Het gaat hier om ruim 65% van de stemgerechtigden toen”, zegt Molina.

Gekleineerd en miskend
Volgens Molina voelen veel autochtone inwoners op het eiland zich gekleineerd en miskend. “Ik heb er moeite mee als er gesteld wordt dat Nederland het bestuur van Bonaire helemaal moet overnemen. Het past niet anno 2018 en het is bovendien ondemocratisch! Het voelt aan als rekolonialisatie en wekt bij een significant deel van de autochtone bevolking gevoelens van agressie op.”

Molina vertelt dat zij in de discussies op haar tijdlijn al verschillende malen heftige reacties van mensen heeft moeten verwijderen, omdat de toon te dreigend werd. “Men uit zich hier nu eenmaal niet zo makkelijk, zeker niet als de discussie ook nog eens plaatsvindt in een andere taal dan de eigen taal. Agressie is natuurlijk nooit goed, maar ik begrijp de mensen wel”.

Veel mensen onderschatten hoe diep de gevoelens van aversie zitten onder vele oorspronkelijke bewoners op het eiland. “Mensen voelen zich, door de huidige status, al gedomineerd door Nederland. Als een aantal van de hier woonachtige Nederlanders met een betweterige houding ons de les wil lezen over hoe het volgens hen dan verder moet met het eiland, dan strijkt dat een grote groep Bonairianen tegen de haren in”, zegt Molina.

Molina zegt dat sinds 10-10-10 het eiland overheerst wordt door alles wat uit Nederland komt. Naar haar mening worden autochtone Bonairianen veelal weggezet als onkundig, dan wel gewoon corrupt. “Onterecht”, meent Molina.

Vraagtekens bij ingevlogen adviseurs
Molina zegt vraagtekens te plaatsen bij het feit dat er steeds meer ambtenaren en adviseurs uit Nederland worden ingevlogen om ‘onze’ mensen bij te brengen hoe zij hier met lokale problemen om moeten gaan.

“Onze lokale professionals hebben veelal in Nederland gestudeerd op dezelfde hogescholen en universiteiten als degenen die ze uit Nederland laten overvliegen. Daarnaast beheersen deze lokale professionals wèl de drie gangbare talen (Papiaments, Spaans en Engels) èn bovendien zijn ze bekend met de Bonairiaanse cultuur. Ik heb vele jaren in Nederland gewoond en daar ook prima
meegedraaid als professional en als burger. Het is dan ook geheel onterecht om alle Bonairiaanse autochtonen neer te zetten als onkundig en zodoende de indruk te wekken dat “expertise” uit Europees Nederland moet worden ingevlogen”, aldus Molina.

Molina zegt dat de tragiek er in schuilt dat lokale deskundigen wel degelijk bij kunnen dragen aan de ontwikkeling van het/hún eiland of bij het oplossen van algehele problematieken op het eiland; zoals in de landbouw, bij sociale ontwikkeling, hulpverlening in het gedwongen kader, in de bouwsector, hotelwezen en dat de lokale consultants met internationale ervaring onvoldoende door RCN, en de lokale overheid worden ingezet. “Zo worden tienduizenden, zo niet honderdduizenden dollars over de balk gesmeten voor het invliegen van Europees Nederlandse ‘deskundigen en experts’ die, goed beschouwd, geen meerwaarde hebben in onze lokale realiteit”.

Regio is ook belangrijk
Molina wijst ook op het feit dat samenwerken met andere entiteiten, bijvoorbeeld uit de regio ook belangrijk is. “Maar dan wel op basis van gelijkwaardighed”, voegt zij er aan toe. Volgens Molina gaat het op de huidige wijze vaak niet goed en is er geen sprake van gelijkwaardigheid. “Neem het voorbeeld van de zogenoemde Twinning projecten, die worden aangehaald als succesvol. Twinning gaat uit van 2 gelijkwaardige partijen, die beiden van elkaar leren. In de praktijk is het helaas echter zo dat de Europees Nederlandse ambtenaren van alles willen overdragen aan de Bonairiaanse ambtenaar, maar andersom nauwelijks ergens voor open staan om zelf ook iets te leren. Dat vind ik geen Twinning”, aldus Molina.

“Het is best mogelijk dat ik, met mijn kritiek, het beeld oproep van de ‘angry black woman’, zegt Molina. “Dat ben ik overigens niet. Ik kan alleen niet tegen onrecht en als ik zie hoe dingen fout lopen of beter kunnen, dan jeuken mijn handen om er wat aan de doen. Maar wel op basis van gelijkwaardigheid. Wij moeten, als lokale bevolking, het heft in eigen handen nemen en zowel de eigen bevolking als ook Nederland laten zien dat het beter kan en beter moet”.