Door Harald Linkels

Kralendijk- Wat door de een wordt gezien als een poging tot diefstal van een vlag en door een ander als een relatief onschuldige maar misplaatste grap leek voor Marco P, een Europees Nederlandse man, nog een vervelend staartje te krijgen.

P. werd op 10 juni in de vroege ochtenduren door een oplettende burger vastgelegd op de gevoelige plaat, toen hij bezig was een vlag op de rontonde bij de Kaya Industrial Kaya International te strijken. Betrokkene moest het vooral op social media ontgelden, waarbij hem werd verweten dat hij de vlag had willen stelen. Het gedrag van de man werd als ‘respectloos’ aangemerkt.

Het Openbaar Ministerie zag er, na verhoor van de Politie, vooral baldadigheid in en bracht de man voor de rechter met de eis van een boete van 250 dollar. Het stak de Officier van Justitie vooral dat de man geen moment spijt betuigde van zijn ondoordachte daad. Ook stoorde het O.M. zich aan het feit dat P. zich juist leek te zien als slachtoffer van het voorval, in plaats van als dader.

De rechter ging evenwel niet mee in de eis van het OM, omdat het naar diens mening slechts ging om een ‘poging tot diefstal’, die niet werd voltooid.

Het Gerecht lijkt met haar vrijspraak voorbij te gaan aan de gevoeligheden die binnen de samenleving leven en die soms het beeld oproepen dat zij -wanneer het gaat om Nederlanders van Europese komaf- al gauw iets door de vingers ziet.