Alexandra van Huffelen heeft Kamer niet verkeerd geïnformeerd in gezaghebberskwestie
DENHAAG – Alexandra van Huffelen heeft de Kamer niet verkeerd geïnformeerd over de rol van de gezaghebbers in Caribisch Nederland. Dat zegt zij in antwoord op beschuldigingen van PVV-Kamerleden Wilders en De Graaf.
Een gezaghebber in Caribisch Nederland is lid van het bestuurscollege en heeft in die hoedanigheid, volgens Van Huffelen de beginselplicht om te stemmen indien en voor zover het tot een stemming komt in het bestuurscollege.
In de Kamer zei de staatssecretaris dat de Gezaghebber mag meestemmen, als die dat wenst, tenzij een persoonlijk belang in het spel is en dat blijkt ook juridisch zo te zijn vastgelegd. Volgens de bewindsvrouw gaat een beginselplicht om te stemmen indien en voor zover het tot een stemming komt in het bestuurscollege, niet zo ver als een algemene stemplicht.
Het bestuurscollege is immers niet verplicht om een voorstel in stemming te brengen alvorens een besluit kan worden genomen. Doorgaans wordt in collegiaal overleg getracht consensus te bereiken, zodat stemming niet nodig is.
In ieder geval is het bieden van excuses, zoals de PVV verlangd, niet aan de orde. “De ingediende motie is door mij gelezen als een steun in de rug voor de onafhankelijke rol die gezaghebbers vervullen. Het is een rol waar ik veel waardering voor heb. Vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is er absoluut oog voor de complexiteit waarin de gezaghebbers hun werk uitvoeren. Ik heb hierover met de gezaghebber een goed gesprek gehad en wij zitten op één lijn”, aldus Van Huffelen.