Van stinkwier en een stinkdier
Jannet Butter op Zondag
Toptijden zijn aangebroken voor hond Hector. Het strand wordt al dagenlang overspoeld met sargassum. Want al staat de wereld op zijn kop, moeder natuur doet gewoon haar ding. En in deze periode van het jaar spoelen drijvende velden van dit zeewier op Bonaires oostkust aan. Sargassum, sjieke benaming voor stinkwier. Want als het opdroogt, verspreidt het de stank van rotte eieren. Maar dat is niet het enige waarom Hector zo intens geniet van een speurtocht door het tapijt van wier. Een beetje hond steekt overal zijn neus in. Op zoek naar verborgen schatten. Die samen met het opdrogende wier aan het verrotten zijn.
Ik let niet op. Loop te dromen. Opeens merk ik dat Hector al een tijdje niet meer in mijn buurt loopt. Wat hij meestal wel doet. Dan zie ik het. Een stukje verder staat Hector overduidelijk te snacken. ‘Hector!’ roep ik. ‘Bah!’ Maar die hoort het niet. Of doet alsof hij gek is. Dat kan ook. Ik zet het op een lopen richting het ‘hondgeval’. Die verzaligd verder snackt. ‘Hector!’ roep ik als ik binnen gehoorsafstand ben. Razend snel laat hij iets uit zijn bek vallen. En kijkt de andere kant op. Het restant van dat ‘iets’ is een vis. Die al enige tijd aan bederf onderhevig is. ‘Getsie Hector. Dat mag je niet,’ zeg ik streng. Met de staart tussen de poten loopt Hector mee naar de auto.
‘Jij let ook nergens op,’ begroet Antonio mij. Aan de onderkoeld neutrale toon begrijp ik dat ik in de gevarenzone zit. Dus pas op de plaats. Vooral geen dingen ter verdediging gaan aandragen. Die zijn op voorhand niet acceptabel. ‘Jij loopt kilometers voor die hond uit op het strand te dromen,’ is het vervolg. ‘En ziet niet wat hij allemaal uitvreet.’ Een waarheid als een koe vandaag. Ik was namelijk aan het schrijven. Nou ja, in mijn hoofd dan. Meestal doe ik dat als ik mijn kilometertje in zee zwem. Maar omdat de zee vandaag vol kwallen zit, is zwemmen geen verstandige actie. En moet het schrijven noodgedwongen ergens anders plaatvinden. Op een plek, waar niemand mijn gedachtegang kan onderbreken. Want dan ben ik zo mijn inspiratie kwijt. En omdat Hector het toonbeeld van braafheid is, kan ik hem met een gerust hart laten schodderen. Het tegendeel is zojuist bewezen. En is ook te ruiken. Hector is namelijk net op de achterbank gesprongen. De auto stinkt opeens naar vis. Ook voor Antonio geen twijfel mogelijk wat Hector heeft uitgevreten. Of liever gezegd: gevreten. En ik heb het te laat gezien. Want ik liep te ‘schrijven’. Gedurende de rit naar huis houd ik mij stil als een muis. En probeer te doen alsof ik niets ruik. Een onbegonnen missie. Als we thuis zijn, wint de auto het inmiddels van een viskar. Hector springt de auto uit. Grijpt zijn kans en smeert hem. ‘Kom hier, stinkdier,’ roept Antonio. Schuldbewust komt hij aanlopen. Alsof hij het weet. Tegelijkertijd barsten we in lachen uit. Pffff. Ik bevind mij buiten de gevarenzone. En Hector heeft een nieuwe naam. Alleen dat verhaal in mijn hoofd…dat ben ik wel kwijt.
Jannet Butter is schrijfster van verhalenbundels over Bonaire: De Knoek heeft duizend ogen, Flamingo’s op brood, De Leguanenvanger en The Ghost of Washikemba.
Verkrijgbaar bij: Addo’s bookstore, The Cadushy Distillery, Delfins Beach Resort Bonaire, MG Bonaire en Van den Tweel Supermarkt.