Onzorgvuldigheden in Criminaliteitsbeeldanalyse KPCN wekken weinig vertrouwen
Door Harald Linkels
Het is natuurlijk prijzenswaardig dat het Korps Politie Caribisch Nederland (KPCN) zich bezighoudt met de analyse van de ontwikkeling van de criminaliteit op Bonaire, St. Eustatius en Saba. In een persbericht meldt het korps trots dat het ditmaal de ‘eigen’ KPCN-analisten zijn, die de analyse opstelden.
Helaas moet worden geconstateerd dat de analyse wemelt van de onzorgvuldigheden en onjuistheden. Dat begint al bij de titel ‘Criminaliteitsbeeldanalyse 2020 – 2024’. In geen enkele grafiek, behalve die van de bevolkingsaantallen -overigens overgenomen van het Centraal Bureau Statistiek- zijn cijfers over het jaar 2024 terug te vinden.
Wie de inleiding met de nodige aandacht leest, vindt daarin terug dat het onderzoek ziet op de periode tussen 1 januari 2020 tot 1 januari 2024. Ofwel: cijfers van 2024 zijn daar niet in meegenomen. De titel van de analyse dekt dan ook geenszins de lading en is zelfs misleidend. Het is een document dat gaat over de ontwikkeling van criminaliteit in de jaren 2020 tot en met 2023.
Helaas blijft het daar niet bij. Ook op andere onderdelen en conclusies slaat de analyse de plank mis. Zo beschrijft deze dat de bevolking op St. Eustatius tussen het jaar 2011 en 2024 afnam van 3.611 personen in 2011, naar 3.204 personen in het jaar 2024. Al met al een achteruitgang van ruim 400 inwoners en dus zo’n 11%.
Op pagina 16 van de analyse, onder de paragraaf Verkeerscriminaliteit, staat vervolgens doodleuk te lezen: “In de onderzoeksperiode viel op dat er meer aanrijdingen en ongevallen hebben plaatsgevonden. Vermoedelijk liggen daar zowel voor Bonaire als voor Sint-Eustatius diverse oorzaken aan ten grondslag. Zo is de bevolking toegenomen de afgelopen jaren, wat tot meer (grote) auto’s, scooters en fietsers heeft geleid”. Dat geldt zeker voor Bonaire, doch zeer zeker niet voor St. Eustatius. Daar was, zoals blijkt uit de cijfers in dezelfde rapportage, immers sprake van een bevolkingsafname.
Ook lijkt er het nodige af te dingen op de onderzoeksmethodiek en de vergaande conclusies die daaraan verbonden worden. Onder het kopje ‘jeugdcriminaliteit’ wordt op pagina 18 bijvoorbeeld gesteld: “Volgens één van de respondenten waren de meeste jeugdigen die zich bezighouden met jeugdcriminaliteit op Bonaire, betrokken bij het gebruik en de verkoop van verdovende middelen, het dragen van een wapen of bij zedendelicten”.
Even verderop: “Uit één van de interviews op Sint-Eustatius is naar voren gekomen dat de meeste jeugdigen daar betrokken waren bij vermogensdelicten, zoals diefstal en oplichting”. En: “Verder signaleert de Voogdijraad Sint Eustatius dat het aantal geweldsdelicten toeneemt. Deze jeugdigen zijn vaak tussen de leeftijd van 14 en 17 jaar. Zij hadden het vaakst de Dominicaanse en Guyanese nationaliteit”.
De conclusies van de rapporteurs mogen noch worden omschreven als kwantitatief -immers de cijfermatige onderbouwing van de beweringen ontbreekt- noch als kwalitatief. Een serieus rapport, nota bene opgesteld en verspreid uit naam van KPCN, mag natuurlijk nooit afgaan op de omschrijving van één enkele respondent om tot dit soort vergaande uitspraken, dan wel conclusies, te komen.
Het lijkt, al met al, heel verstandig dat de KPCN-leiding nog eens met een stofkam door de analyse heengaat om zich ervan te vergewissen dat de ‘analyse’ de toets der kritiek wel echt kan doorstaan en door ketenpartners, dan wel het bredere publiek, ook echt serieus mag worden genomen.
Ik voor mij heb daar, na het doorlezen, zo mijn twijfels over.
Lees de Criminaliteitsbeeldanalyse KPCN hier: https://bonaire.nu/wp-content/uploads/sites/4/2025/02/Criminaliteitsbeeldanalyse-Caribisch-Nederland-2020-2024.pdf