Vraagtekens bij handelen Sarpa-bemanning: ‘Piloten hadden vlucht moeten afbreken’
KRALENDIJK – Er zijn belangrijke vraagtekens bij het handelen van de bemanning van het Sarpatoestel dat afgelopen zaterdag bij het opstijgen deels van de baan afraakte.
Op woensdag deed Sarpa een persverklaring uit, waarin zij belooft dat het onderzoek naar het incident zorgvuldig en transparant zal gebeuren. “We voeren momenteel grondig onderzoek uit in samenwerking met de Colombiaanse Burgerluchtvaartautoriteit, de Dutch Safety Board – DSB, en Bonaire International Airport”.
Volgens Sarpa deed het voorval zich voor toen de bemanning zich positioneerde om met het opstijgen te beginnen. “Het vliegtuig bewoog iets naar links en beschadigde daarbij drie grondlichten van de luchthaven. De gezagvoerder corrigeerde de situatie onmiddellijk en ging door met het opstijgen”, aldus de verklaring van Sarpa, die daarmee de ernst van het voorval enigszins lijkt te bagatelliseren.
Kritiek
Er is van deskundigen op luchtvaartgebied ook kritiek op het optreden van de bemanning. “Een eerste regel bij pilotentraining is dat je, bij desoriëntatie, de start afbreekt. Op het moment dat de lichten van de landingsbaan werden geraakt, had het toestel nog nauwelijks snelheid en zeker nog niet het kritieke punt bereikt (in luchtvaartjargon aangeduid als V1, redactie), waarop de start niet verantwoord meer kan worden afgebroken”, aldus een door ABC Online Media geraadpleegde bron.
Ook heeft het er de schijn van dat de bemanning het incident niet zelf meldde maar gewoon doorvloog naar Colombia. “Waarom heeft de bemanning niet gemeld aan de luchthaven dat er objecten op de baan waren geraakt?”. Het moment van melding van het incident is van belang omdat, als er sprake zou zijn van intoxicatie van de bemanning door bijvoorbeeld alcohol of andere middelen, deze mogelijkerwijs na een groot aantal uren niet meer zouden worden aangetroffen in het bloed.
Gevaarlijk
Indien Sarpa de luchthaven inderdaad niet gemeld heeft dat zij het ongeluk had veroorzaakt, dan heeft zij mogelijk een gevaarlijke situatie gecreëerd voor andere gebruikers van de luchthaven.
Immers, de aanwezigheid van voorwerpen, de zogenaamde foreign objects, op een landingsbaan kan leiden tot een catastrofe bij een vliegtuig dat daarna opstijgt. Zo kunnen die voorwerpen leiden tot een perforatie van de brandstoftank, of kunnen zij worden opgezogen door de motor van het opstijgende vliegtuig, met alle gevolgen van dien.
Colombiaanse autoriteit
Een volgende punt dat leidt tot gefronste wenkbrauwen is het feit dat op maandagochtend inspecteurs aankwamen van de Colombiaanse Luchtvaartautoriteit, die vervolgens een onderzoek instelden. Een interessant detail hierbij is dat de inspecteurs vervoerd werden door een vliegtuig van Sarpa zelf, wat vraagtekens opwerpt over de onafhankelijkheid van de inspecteurs.
Sarpa meldt hier zelf over: “Onderzoekers van de Colombiaanse autoriteiten zijn maandagochtend op Bonaire aangekomen om het onderzoek uit te voeren. Ze analyseerden het fysieke bewijsmateriaal op de landingsbaan en interviewden het luchthavenpersoneel en de bemanning”.
Hierbij is de vraag hoe het mogelijk is dat de Colombiaanse luchtvaartautoriteit onderzoek doet naar de gang van zaken en de toedracht. Hoewel het weliswaar gaat om een Colombiaanse maatschappij, waarop de Aeronáutica Civíl van Colombia toezicht houdt, is de vraag of zij wel de juiste of meest voor de hand liggende autoriteit is om een onderzoek te doen naar een incident op een luchthaven van Caribisch Nederland en Nederlands grondgebied.
Van de kant van Bonaire International Airport (BIA) en van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) is nog niets vernomen over het incident of enig onderzoek dat wordt uitgevoerd naar het gebeurde.