Opinie: de taal Papiaments als minderheidstaal
Door dr. Willem A. Cecilia MBA
Menigeen op de CAS-eilanden (Curaçao, Aruba en St. Maarten) en de BES-eilanden (Bonaire, St. Eustatius en Saba zullen wel verbaasd hebben opgekeken bij kennisneming van het feit dat Nederland voorlopig niet zal investeren in betere bescherming en ontwikkeling van het Papiaments. Nederland is door de Raad van Europa gevraagd te verduidelijken of het Papiaments, overeenkomstig artikel 2.1 van het Handvest, onder deel II van het Handvest dient te vallen. Het antwoord was dat Bonaire (waar het Papiaments dominant is) geen deel uitmaakt van het Koninkrijk in Europa en is het Handvest daarom niet van toepassing op het eiland.
De Raad van Europa heeft echter een bezoek gebracht aan Europees Nederland en geconstateerd dat sinds de achttiende eeuw in het Continentaal-Europese deel van het Koninkrijk Papiaments wordt gesproken. In de volgende monitoringsronde wenst de raad daarom ter zake meer duidelijkheid. Het kabinet is hier niet op ingegaan waardoor voorlopig geconcludeerd kan worden dat Nederland niet zal investeren in betere bescherming en ontwikkeling van het Papiaments met name op Bonaire.
Op 28 maart 2014 is er een symposium gehouden in Huis van Europa georganiseerd door Stichting SPLIKA en de Vereniging Sectie Papiaments van Levende Talen met als thema ‘Papiaments en Europese regelgeving’, ‘De positie van het Papiaments in Europa’. De juridische deskundige op het gebied van minderheidstalen dr. Bastiaan van der Velden heeft beargumenteerd dat het Papiaments, dat sinds de achttiende eeuw op Bonaire gesproken wordt, een taal is die onder de definitie van art. 1 van het Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden valt, omdat een ruim deel van de inwoners van Bonaire een numerieke minderheid vormen ten opzichte van de overige bevolking van Nederland en het Papiaments afwijkt van de officiële taal van Nederland. Het Papiaments is daarom een taal die voor bescherming onder het Handvest in aanmerking komt, op eenzelfde wijze waarop Frankrijk ook creoolse talen wil erkennen onder het Handvest.
Sinds 10-10-10 maakt Bonaire bestuurlijk en staatsrechtelijk deel uit van het Europees deel van het Koninkrijk. Uit de ‘Declaration contained in the instrument of acceptance’ van 2 mei 1996, blijkt dat: ‘The Kingdom of the Netherlands accepts the said Charter[het Europese Handvest] for the Kingdom in Europe’ (Het Koninkrijk der Nederlanden aanvaard genoemde Handvest voor het Koninkrijk in Europa). Maar let wel dat de bestuurlijke begripsomschrijving ‘the Kingdom in Europe’ na 10-10-10 ook Bonaire, Saba en St. Eustatius omvat.
Deze ‘territorial reservation’ waardoor de werking van een internationaal verdrag dat mensenrechten waarborgt wordt beperkt, kan naar het geldende Nederlands recht niet gemaakt worden, omdat het in strijd is met art. 43 van het Statuut. Specifieke afwijkingen in wetgeving voor de BES-eilanden, zoals staatsrechtelijk verankerd in het Statuut, biedt evenmin mogelijkheid om op grond van de taalsituatie afwijkende wetgeving te creëren volgens van der Velden.
De ‘territorial reservation’ die Nederland heeft gemaakt in de Wet ter ‘Goedkeuring van verdragen met het oog op het voornemen deze toe te passen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba’, waardoor de territoriale werkingssfeer van het Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden beperkt wordt tot het geografisch Europese deel van Nederland staat op gespannen voet met art. 21.1 van het Handvest dat dergelijke beperkingen verbiedt. Op grond van de geldende regelgeving is er volgens van der Velden geen mogelijkheid deze ‘territorial reservation’ te maken. Zodoende dient geacht te worden dat het Handvest op Bonaire gelding heeft en de weg openstaat om het Papiaments zoals gesproken op Bonaire onder deel III van het Handvest te brengen.
Ik citeer uit het proefschrift van doctor Joyce L. Pareira (2018): ‘Dat taal een unieke creatie van de mensheid is die de mens in staat stelt greep te krijgen op de wereld om hem heen en deel te zijn van die wereld, is voor velen, ook voor politici, een vreemd idee. UNESCO, UNICEF, onderwijsvernieuwers op Aruba en Curaçao en ngo’s verdedigen de stelling, dat taal, welke taal dan ook, van onschatbare waarde is voor het individu en voor het volk voor wie die taal de moedertaal is. Taal behoort dan ook tot het cultureel erfgoed van zijn volk en dient beschermd te worden. Discriminatie op basis van taal is tegen de rechten van de mens, evenals discriminatie op basis van bijvoorbeeld ras, geloof, sekse, leeftijd, nationaliteit.
In de context van het besluit van minister Ollongren ten aanzien van het Papiaments is er dus voor Bonaire nog veel werk aan de winkel.
Lees ook:
- Gewapende overval op juwelier Littman in Kaya Grandi
- Drugs, contant geld en wapens aangetroffen bij preventief fouilleren
- Veiligheid en zorg centraal: Beschermingscode vanaf 2025 van kracht in Caribisch Nederland
- Cursus voor Voorzitters op Bonaire
- Winair en Air France hervatten codeshare-overeenkomst