Nieuws van Bonaire

Oud-directeur Oil Trading Bonaire komt weg met jaar voorwaardelijk

Kralendijk- Het was een zaak die de gemoederen op Bonaire geruime tijd bezig hield. Was er binnen Oil Trading Bonaire (OTB) nou wel of niet sprake van grootscheepse fraude door oud-directeur Sylvio B. en zijn bedrijf Balfram N.V. of niet?

Rechter Van Lieshout meent van wel en veroordeelde B. afgelopen week dan ook conform de eis van het Openbaar Ministerie: een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 jaar, en een boete van net geen 28 duizend dollar en een taakstraf van 200 uur.

Rocargo

B. gaf in totaal ruim 326.000 dollar van OTB-geld uit aan zichzelf en zijn zaak Balfram N.V. De zaak kwam vorig jaar aan het licht toen stukken over de onrechtmatige betalingen in handen kwam van vertegenwoordigers van de lokale pers, waaronder Bonaire.nu. Uiteindelijk werd door gezaghebber Edison Rijna, namens de aandeelhouder van OTB aangifte gedaan van de vermeende verduistering.

Verweer

Verdachte B. voerde eerder als verweer aan dat het niet ging om verduistering, doch dat het ging om een soort ‘vooruitbetaling’ op aan hem in de loop der jaren toegezegde verhoging van zijn vergoeding.

Toch gaf B. ook toe te weten dat hij, zonder toestemming van de Raad van Commissarissen of de aandeelhouder, niet meer aan zichzelf mocht uitbetalen dan wat formeel overeengekomen was.

“Vanaf 2014 tot en met 2018 heb ik meer geld overgemaakt naar Balfran dan de initieel overeengekomen NAF 5.000,– per maand. Ik heb een rekening courant geopend tussen OTB en de directie. In mijn opdracht heeft CAS, die de boekhouding verzorgde, die bedragen op de bankrekening van Balfran en in een aantal gevallen per ongeluk ook naar schoonmaakbedrijf Total Services Bonaire BV, dat ook van mij is, en naar mij privé overgemaakt. Van daaruit maakte ik dit geld weer over naar andere bankrekeningen om rekeningen te betalen”, aldus B.

Oordeel rechter

Rechter Van Lieshout leeft op geen enkel punt mee met het verweer van B. en diens advocaat. “Voor zover de raadsvrouw een beroep heeft willen doen op afwezigheid van alle schuld, in die zin dat de verdachte verontschuldigbaar heeft gedwaald omtrent het feit dat hij strafrechtelijk als ambtenaar kon worden aangemerkt wordt als volgt overwogen. Nu de verdachte, blijkens hetgeen hierboven is overwogen, wist dat hij onder toezicht en verantwoording van het OLB was aangesteld in een functie waaraan een openbaar karakter niet kon worden ontzegd, en ook overigens van de verdachte als bestuurder van een overheids-N.V. mag worden verwacht dat hij zich vergewist van zijn juridische – ook strafrechtelijke – positie, kan hij zich er niet met succes op beroepen niet te hebben geweten dat hij strafrechtelijk als ambtenaar kon worden aangemerkt”, aldus het vonnis.

Straf

B. is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 1 jaar, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren onder de bijzondere voorwaarde dat de verdachte 200 uren dienstverlening in de vorm van onbetaalde arbeid zal verrichten aan te vangen binnen twee maanden na het onherroepelijk worden van dit vonnis en te verrichten binnen 12 maanden na die aanvang.

Tevens  dient aan de verdachte een geldboete te worden opgelegd van USD 30.000,-, subsidiair  110 dagen hechtenis. Daarnaast dient de vordering van de benadeelde partij voor een bedrag van het maximaal toegestane bedrag van USD 27.933,- te worden toegewezen met toewijzing van de proceskosten, tot op heden begroot op USD 5.000,-.


Lees ook:

Deel dit artikel