Directrice BHM: ‘Directie Selibon verantwoordelijk voor jaarrekeningen’
KRALENDIJK- De directrice van Bonaire Holding Maatschappij (BHM), Adely Susana-Jansen heeft fel uitgehaald naar de directeur van Selibon N.V, Rudsel Leito, als het gaat om de achterstallige jaarrekeningen van het overheidsbedrijf.
Susana-Jansen reageert hiermee op uitspraken die Leito gedaan zou hebben in een lokaal ochtendblad en waarbij deze zou hebben gesuggereerd dat een achterstand in de oplevering van jaarrekeningen bij Selibon, veroorzaakt wordt door BHM.
“De directeur dient jaarlijks zorg te dragen voor de jaarcijfers en jaarverslag van het uitgevoerde beleid van het afgelopen jaar, die na accountantscontrole met een accountantsverklaring aan de aandeelhouder (BHM) overlegd worden. Vervolgens dient BHM deze na ontvangst met een accountantsverklaring in een Algemene Vergadering van Aandeelhouders goed te keuren, na het verkrijgen van stemrecht van het openbaar lichaam Bonaire (OLB)”.
De BHM directeur verwijst in haar reactie ook naar het feit dat zij bij haar eigen aanstelling een achterstand van maar liefst zeven boekjaren aantrof bij Selibon. “De laatste jaarrekening was van 2015”, zegt Susana-Jansen.
Volgens Susana-Jansen heeft zij, vanaf haar aanstelling in 2021, herhaaldelijk gesprekken gevoerd met de directeur van Selibon om te zorgen dat de achterstand zou worden ingehaald. “Ik heb hem gewezen op de gevolgen daarvan voor het bedrijf en het personeel. Immers, zonder een duidelijk financieel plaatje is het onmogelijk om het bedrijf op een verantwoordelijke wijze aan te sturen. Echter, tot op heden lukt het dhr. Leito niet om aan de financiële verplichtingen te voldoen. Zo loopt Selibon nu nog 3 jaar achter. De opgelopen achterstaand is onder andere te wijten aan het door de directie uitgevoerde beleid over de afgelopen jaren, waarvan de accountant aanvullende verklaring eiste om de jaarrekeningen af te kunnen ronden.”
Gecontroleerde jaarcijfers
Susana-Jansen zegt dat BHM zich in spant om van elke dochteronderneming gecontroleerde jaarcijfers aan het OLB te kunnen presenteren, maar benadrukt hierbij steeds afhankelijk te zijn van de informatie die wordt verschaft door de respectievelijke organisaties.