Politiek & Bestuur

Gezaghebber Rijna blijft vaag over motief stemgedrag over Sunset Beach Resort

KRALENDIJK- Wie op woensdagavond keek naar het openbare debat van de Eilandsraad, waarbij onder andere werd gedebatteerd over de vergunning van het Sunset Beach Hotel, met de hoop daar veel wijzer van te worden kwam enigszins bedrogen uit.

Net als een week eerder gaven de drie gedeputeerden elk individueel aan waarom zij vóór of tegen het verlenen van de vergunning zijn, zoals deze nu voorligt. Hierbij waren gedeputeerden Hennyson Thielman en Nina den Heyer, beiden MPB, iets spraakzamer dan de vorige keer. Beiden gaven aan het resort niet te vinden passen in de omgeving en nog andere bezwaren te zien, zoals de verkeerssituatie ter plaatse en het gebrek aan parkeerruimte. Ook zijn de twee gedeputeerden van de blauwe partij van mening dat het verlenen van een vergunning voor een resort van per saldo 245 kamers indruist tegen het beleid waarbij boetiekhotels met maximaal 100 kamers worden nagestreefd.

Werkeloosheid

Daarnaast gaf gedeputeerde Den Heyer aan dat de zeer lage werkeloosheid op het eiland, in feite geen motief kan zijn voor grootschalige ontwikkeling. “Dit draagt het gevaar in zich dat we resorts bouwen waarvoor de werknemers van buiten moeten komen”, aldus Den Heyer. 

Gedeputeerde Kroon (UPB) bleef, net als bij het vorige debat, wel voorstander van de verlening van de vergunning. Fractielid Esther Bernabela leek het daarbij op te nemen voor de ‘eigen’ gedeputeerde. “We moeten oppassen dat we geen naam krijgen dat elke investering op het eiland moeilijk ligt”, zei Bernabela. 

Gezaghebber

De meeste aandacht ging evenwel uit naar de woorden van gezaghebber Edison Rijna. Die was vorige week de opvallende afwezige in het debat over de omstreden vergunning, maar op woensdagavond wel aanwezig in het eilandelijke parlement. 

Op vragen van de Partido Demokrátiko Boneriano (PDB) bleef Rijna opvallend vaag. “Er moest gestemd worden over de aanvraag. Alleen in het geval er sprake was van een belangenconflict zou ik mij moeten onthouden van stemmen. Omdat er geen sprake is van een belangenconflict heb ik mijn stem uitgebracht”, aldus Rijna. PDB Fractieleider Clark Abraham wees Rijna op het feit dat het uitbrengen van een stem geen verplichting was, maar een optie. Daar ging Rijna niet op in en bleef zichzelf herhalen. 

Opvallend was hierbij met name het feit dat Rijna wel motiveerde waarom hij überhaupt had gestemd, maar in het geheel niet motiveerde waarom hij vóór stemde. Zelfs indien de gezaghebber van mening was dat stemmen verplicht was, had hij ook mee kunnen stemmen met Den Heyer en Thielman, waardoor de aangevraagde bouwvergunning vervolgens zou zijn verworpen. Door vóór te stemmen creëerde Rijna een patstelling tussen de gedeputeerden en dus een staken ter stemmen.

Deel dit artikel